Maar liefst 30 van de 31 Limburgse gemeenten werken aan een lokaal sportakkoord. En die sportakkoorden krijgen vorm! Dat is ook nodig: om voor een uitvoeringsbudget in aanmerking te komen, moeten de sportakkoorden uiterlijk 8 april bij Vereniging Sport en Gemeenten zijn ingediend. De adviseurs van Huis voor de Sport Limburg zijn bij diverse gemeenten als sportformateur aangesteld. Jorg Smeets is een van hen. Hij is onder andere formateur bij de gemeente Voerendaal. We vroegen Jorg hoe hij als sportformateur te werk gaat. En wat verwacht hij eigenlijk van de sportakkoorden?
Wat doe je als sportformateur?
“Als sportformateur begeleid ik onafhankelijk het proces om tot een lokaal sportakkoord te komen. Ik breng de juiste partijen aan tafel om tot een sportakkoord te komen met als doel om meer mensen met plezier te laten sporten en bewegen. En hoewel een sportakkoord niet van een gemeente, maar van iedereen is, is de gemeente een belangrijke partner. Gemeenten kunnen immers namens de lokale partijen budget voor een sportakkoord bij het ministerie van VWS aanvragen. Samen met de gemeente hebben we zoveel mogelijk partijen die bij de lokale gemeenschap zijn betrokken, uitgenodigd om mee te denken, te praten én te beslissen over het lokaal sportakkoord. Uiteindelijk zaten we met sportverenigingen, een seniorenvereniging, (commerciële) sport- en beweegaanbieders, zorg- en onderwijsinstellingen en andere betrokkenen om tafel.”
Hoe kom je met zoveel verschillende partijen tot een akkoord?
“Tijdens de bijeenkomsten die we organiseerden, hebben we iedereen uitgedaagd om hun ‘trotsen’, ‘uitdagingen’ en ‘kansen’ in de gemeente Voerendaal te benoemen. Het was mooi om te zien dat er veel gemeenschappelijke kansen en uitdagingen waren, ongeacht de organisatie. Je merkte tijdens die werksessies direct de energie en de betrokkenheid van de mensen. We hebben heel veel nuttige input opgehaald! Alle uitdagingen, trotsen en kansen vatten we samen om daar vervolgens concrete acties aan te koppelen: Als we meer willen samenwerken, hoe gaan we dat dan doen? We willen meer kinderen laten bewegen. Wat gaat jouw vereniging organiseren om dat voor elkaar te krijgen? Wie pakt wat op? Het eigenaarschap is heel belangrijk voor een goed akkoord.”
Je collega’s zijn formateur in andere gemeenten. Zijn er veel overeenkomsten of kun je echt zeggen dit is Sportakkoord Voerendaal?
“Natuurlijk zie je op hoofdlijnen veel gelijkenissen. Dit komt doordat we in alle gemeenten met de 6 ambities/deelakkoorden uit het nationaal sportakkoord werken. Maar als je de diepte ingaat, zie je duidelijk verschillen. In elke gemeente is de uitvoering anders. In Voerendaal willen we actiever samenwerken op dorpsniveau om leefbare kernen te behouden. In een stad als Roermond is dat anders, daar hebben ze juist stedelijke uitdagingen. Daar zijn bijvoorbeeld ook meerdere aanbieders die elkaars aanbod nog niet kennen.
Wanneer is het sportakkoord voor jou een succes?
“Voor mij is het sportakkoord een succes als de lokale setting daadwerkelijk een impuls ervan krijgt. Daarmee bedoel ik dat organisaties elkaar makkelijker vinden en intensiever samenwerken, zodat alle inwoners van Voerendaal met plezier kunnen sporten en bewegen.”
In april is het sportakkoord klaar en dan?
“Als het sportakkoord door alle betrokken partners is getekend, zijn zij aan zet. Zij zorgen ervoor dat de acties uit het sportakkoord ook echt worden uitgevoerd. De Adviseur Lokale Sport ondersteunt hen nog 2 jaar daarbij. Deze adviseur is al vanaf het begin bij het proces betrokken, zodat hij inzicht heeft in de behoeften van de verenigingen en andere aanbieders. Dat is een groot voordeel. Daarnaast is borging een belangrijk aspect van het sportakkoord. In het akkoord nemen we op welke partijen zich voor die borging gaan inzetten. In Voerendaal hebben zich hiervoor al meerdere partijen gemeld. Ik heb er dus alle vertrouwen in dat het sportakkoord Voerendaal een succes wordt!”